Hoe vertrouwelijk is het overlastdossier van een woningcorporatie? Mogen betrokken huurders dat dossier inzien? Die vraag kwam in Utrecht voor de kantonrechter. En die oordeelde in het voordeel van de corporatie.
In de portiekflat van een Utrechtse woningcorporatie ruzieden de bewoners al jaren met elkaar. De politie moest er zelfs regelmatig langskomen. Ook maakte de woningcorporatie melding bij het Meldpunt Woonoverlast van de gemeente Utrecht. In het najaar van 2015 werd de situatie onhoudbaar.
De woningcorporatie nodigde de betrokken partijen uit op haar kantoor om te proberen tot een oplossing te komen. Naar aanleiding van deze gesprekken stuurde de wooncorporatie een waarschuwingsbrief naar een van de huurders. Die brief viel niet in goede aarde en de huurder kwam in actie. Ze eiste inzage in het overlastdossier dat de wooncorporatie heeft aangelegd. De huurder wilde weten wie er over haar geklaagd hadden en wat die klagers hebben gezegd.
Deze eis tot inzage in het dossier kwam in kort geding voor de kantonrechter in Utrecht. De huurder stelde het dossier onder andere nodig te hebben om haar naam te zuiveren. Daarnaast stelde de huurder dat inzage nodig was voor het bepalen van haar rechtspositie, voor het geval de wooncorporatie een procedure zou starten om de huurovereenkomst te ontbinden.
Volgens de kantonrechter moet de wooncorporatie bij overlastklachten een zekere vertrouwelijkheid kunnen beoefenen. Dit om escalatie van burenruzies te kunnen voorkomen. Inzage in zulke dossiers kan bovendien de drempel verhogen voor huurders om overlast te melden. Het verzoek om inzage werd dan ook afgewezen.
De conclusie van het vonnis van de Utrechtse kantonrechter is dat artikel 843a Rv zich in dit geval niet leende voor het verkrijgen van inzage in of een afschrift van het overlastdossier. De huurder had daarvoor onvoldoende rechtmatig belang.
Voor woningcorporaties is deze uitspraak van groot belang. Stel je voor dat alle huurders waarover geklaagd wordt altijd recht hebben op inzage in het overlastdossier. Dan zouden woningcorporaties ernstig gehinderd kunnen worden in hun taak om adequaat te reageren op onderlinge overlast bij huurders. De kantonrechter heeft het belang van woningcorporaties onderkend.
Nu rest de vraag wanneer huurders op grond van artikel 843a Rechtsvordering wél voldoende rechtmatig belang zouden kunnen hebben bij inzage in het overlastdossier. Die vraag komt ongetwijfeld in een volgende procedure aan bod. Maar in deze zaak werd geen hoger beroep ingesteld.
Neem contact op met Peter Gijsbertsen. De uitspraak leest u hier.